Financiële context

    De financiële positie speelt een belangrijke rol om een adequate en integrale afweging te kunnen maken over de te varen koers op de korte, maar vooral op de middellange termijn. In de voorliggende begroting presenteren we een  sluitende begroting. Dit betekent dat, na oplossing van de budgettaire opgave, alle lasten gedekt zijn door baten.

    Het totaal van de begrote baten van gemeente Venlo bedraagt in 2016 € 369 miljoen en het totaal van de begrote lasten € 373 miljoen (vóór oplossingen).
    In onderstaande twee cirkeldiagrammen is achtereenvolgens weergegeven waaruit de verwachte baten en lasten van gemeente Venlo in 2016 bestaan.

    In het eerste diagram is te zien dat de belangrijkste baten naar verwachting in 2016 afkomstig zijn van het gemeentefonds, de integratie uitkering sociaal domein en de specifieke uitkeringen.
    In het tweede diagram komt naar voren dat met €202 miljoen meer dan de helft van de begrote lasten in 2016 wordt verwacht in de programma’s “Participatie en Werkgelegenheid” en “Zorg en Welzijn”.  Dit wordt met name veroorzaakt door de lasten binnen het sociaal domein (o.a. als gevolg van de decentralisaties).
    De beleidsinhoudelijke toelichting op de programma’s is opgenomen in hoofdstuk 4 en de financiële toelichting op de programma’s in hoofdstuk 6.

    De verwachte baten en lasten voor de komende jaren  zijn weergegeven in onderstaande tabel. Opvallend is dat zowel de baten als de lasten een dalende trend laten zien. De  daling van de baten en lasten in het meerjarenperspectief wordt met name veroorzaakt door een daling van  de middelen die we van het Rijk ontvangen ten behoeve van het Sociaal domein (zoals bekend) en de actualisatie van de grondexploitaties.

    De verwachte baten en lasten leiden in eerste instantie tot een budgettaire opgave (A) van € -3,5 miljoen in 2016 tot € -0,9 miljoen in 2019. Dit wordt met name veroorzaakt door het totaal van onvermijdelijke knelpunten, taakstellingen en budgettaire voordelen. Hiervoor zijn een aantal oplossingsmaatregelen (B) geformuleerd, die het tekort overstijgen. Het saldo dat ontstaat door het surplus aan oplossingsmaatregelen loopt op van € 0,7 miljoen in 2016 naar € 3,1 miljoen in 2019. Dit surplus wordt toegevoegd aan de algemene reserve ter noodzakelijke versterking van het weerstandsvermogen (C). Hierbij is rekening gehouden met de door de gemeenteraad aangenomen amendementen tijdens de begrotingsbehandeling. Per saldo leidt dit tot een sluitend begrotingsresultaat, zoals te zien is in onderstaande tabel.

    Een nadere toelichting op de baten, lasten en oplossingen is te vinden in paragraaf 2.2.

    In deze begroting hebben we, op basis van gewijzigde wetgeving, een aantal financiële kengetallen uitgewerkt die inzicht geven in de financiële positie. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing van deze begroting wordt uitgebreid ingegaan op de ontwikkeling van deze kengetallen en worden de kengetallen in samenhang bezien voor de beoordeling van de financiële positie.

    Algemene conclusie financiële positie
    Uw gemeenteraad heeft de volgende strategische doelstelling vastgesteld:
    "Het hebben van een gezonde financiële huishouding voor de gemeente". Het voeren van een solide financieel beleid is randvoorwaardelijk voor het realiseren van de ambities op de (middel)lange termijn waarbij tevens op een doelmatige en doeltreffende manier wordt omgegaan met onze middelen.

    Gezien de relatief hoge schuldpositie van onze gemeente, de dalende vermogenspositie, de te realiseren bezuinigingen en het toegenomen risicoprofiel komt de financiële positie steeds verder onder druk. De wendbaarheid en weerbaarheid van de begroting om tijdig te kunnen anticiperen op nieuwe ontwikkelingen neemt hierdoor af.Tevens ligt de ratio weerstandsvermogen in 2016 en 2017 onder de door uw Raad vastgestelde norm.

    Toch zijn we erin geslaagd om in deze begroting voor alle jaren een licht begrotingsoverschot te realiseren. Dit is echter geen uitnodiging tot het doen van nieuwe uitgaven. Deze begrotingsoverschotten zijn noodzakelijk om de ratio weerstandsvermogen te verstevigen en hiermee de ratio op minimaal het gewenste niveau te kunnen houden. Hiermee voldoen we aan de door de provincie Limburg gestelde voorwaarde in het kader van het provinciaal toezicht. De voorwaarde is dat we als gemeente de ratio weerstandscapaciteit met ingang van 2018 weer boven de door uw Raad vastgestelde norm van 1,0 houden. Tevens draagt deze versterking bij aan de verbetering van onze schuld- en vermogenspositie.

    Gezien het begrotingsoverschot in relatie tot de aanwezige structurele begrotingsruimte kan geconcludeerd worden dat er sprake is van een materieel en structureel sluitende begroting. Hiermee voldoen we aan de strategische doelstelling en aan de voorwaarde van de provincie voor het houden van meerjarig repressief toezicht.

    Hoewel er sprake is van een volgende stap naar verbetering van ons financiële fundament blijft de financiële positie voortdurende aandacht vragen waarbij waakzaamheid geboden blijft!