4 Zorg en Welzijn

    Inleiding

    Dit programma gaat over de zorg en ondersteuning die noodzakelijk is voor inwoners van onze gemeente (1)  om te kunnen blijven meedoen en zo lang mogelijk zelfstandig te kunnen blijven wonen. Verder omvat dit programma initiatieven die gericht zijn op het bevorderen van het welzijn van onze burgers. Budgettair gaat het om een omvangrijk programma als gevolg van het feit dat de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Jeugdwet tot uitdrukking komt in dit programma.

    Met behulp van de doelenboom in de volgende paragraaf wordt schematisch weergegeven welk strategisch kader wordt gehanteerd en welke doelstellingen wij met de uitvoering van dit programma willen realiseren.

    (1) Sommige vormen van zorg of ondersteuning worden aangeboden aan burgers in de Regio Noord-Limburg of de regio Noord- en Midden-Limburg.

    Wat willen we bereiken?

    Strategische doelstelling

    Strategische doelen
    Iedereen zorgt naar vermogen voor zichzelf en elkaar, daar waar nodig met ondersteuning

    Tactische doelen

    Tactische doelen

    • Het versterken van de positieve gezondheid van onze inwoners
    • Het bevorderen van het welzijn (welbevinden) van onze inwoners
    • Het samen met de burgers zorgen voor en versterken van een structuur van algemene ondersteuning
    • Het bieden van maatwerkondersteuning

    Het programma Zorg en Welzijn levert een bijdrage aan het bereiken van het perspectief van ‘Vitale Gemeenschappen’ uit de strategische visie ‘Regio in balans’ en het draagt voornamelijk bij aan de hoofdopgave ‘Het versterken van de maatschappelijke ruggengraat’ uit de Strategische Visie 2030.

    In de periode 2010-2012 heeft de raadswerkgroep Stad van Actieve Mensen (SAM) zich verdiept in het thema zelfsturing. De raadswerkgroep heeft haar bevindingen vastgelegd in de notitie ‘Burgers aan Zet’ en heeft 5 richtinggevende kaders meegegeven voor toekomstige beleidsontwikkeling.

    Richtinggevende kaders van raadswerkgroep Stad van Actieve Mensen
    1. De burger is leidend.
    2. Eigendom en liefdevol verwaarlozen.
    3. Van maken naar mogelijk maken.
    4. De communicatieve overheid.
    5. Pilots.

    De werkgroep heeft ook een aantal aanbevelingen gedaan en het model van zelfsturing (hierna speken we van samensturing) voor de gemeente Venlo ‘geïntroduceerd’. De kaders, aanbevelingen en het model van samensturing vormden de basis voor de Sociale Structuurvisie Venlo 2022 ‘Ik ken jouw naam, jij de mijne. Samen zijn wij Venlo’ (Sociale Structuurvisie) en zijn in maart 2012 door de raad overgenomen..
    De Sociale Structuurvisie is uitgewerkt in vier kernopgaven. Het programma Zorg en Welzijn draagt rechtstreeks bij aan kernopgave 3 ‘Iedereen werkt aan zijn gezondheid, waar nodig bieden wij zorg of een vangnet: we hebben zorg voor gezond en vitaal’.

    Voor het programma Zorg en Welzijn is ‘loslaten in vertrouwen’ zoals geformuleerd in het coalitieprogramma ‘Verbinden vanuit Vertrouwen en Verantwoordelijkheid’ van groot belang. Bijvoorbeeld door het geven van ruimte aan professionals op de werkvloer bij het bieden van zorg en ondersteuning. Ook ‘zorg voor elkaar’ is belangrijk en hierbij is het een uitdaging om op zoek te gaan naar ‘nieuwe prikkels’. Prikkels die appelleren aan de intrinsieke motivatie van burgers en professionals. Verder raakt het aspect ‘leefbaarheid in wijken en kernen’ dit programma en dus alle inwoners van Venlo.

    Het behalen van de beoogde effecten is afhankelijk van de mate waarin burgers, zorgaanbieders en gemeente er gezamenlijk in slagen om invulling te geven aan nieuwe rollen en verantwoordelijkheden en nieuwe verbindingen die hiervoor moeten worden gemaakt .

    Voor het programma Zorg en Welzijn is de  volgende strategische doelstelling geformuleerd:

    Iedereen zorgt naar vermogen voor zichzelf en elkaar,
    daar waar nodig met ondersteuning.

    Wat gaan we daarvoor doen?

    Onze ambitie voor dit programma, zoals is geformuleerd in de strategische doelstelling,  reikt verder dan 2016. Maar om die ambitie op de lange(re) termijn te kunnen waarmaken, worden in 2016 concrete inspanningen geleverd. Deze inspanningen worden in de jaren daarna natuurlijk doorgezet  maar de intensiteit kan verschillen van de inzet in 2016.  

    Het versterken van de positieve gezondheid van onze inwoners
    Op grond van de Wet publieke gezondheid moet iedere gemeente een gemeentelijk gezondheidsbeleid vaststellen. De nota Lokaal gezondheidsbeleid gemeente Venlo ‘Goede gezondheid, gedeelde zorg’ is in september 2013 door de raad vastgesteld (2) . Deze nota is uitgewerkt in een uitvoeringsprogramma met de volgende hoofdthema’s:

    • Sport, bewegen en gezondheid;
    • Preventie;
    • Bevorderen van een gezonde leefstijl (aanpak overgewicht jeugd);
    • Onderwijs en gezondheid;
    • Reanimatienetwerken in de wijk;
    • Re-integratie, participatie en gezondheid;
    • Fysieke omgeving en gezondheid.

    Opmerking: er wordt expliciet gesproken over positieve gezondheid.  Positieve gezondheid is het vermogen van mensen zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven (Huber, 2012). Met de term positieve gezondheid wordt de kracht van mensen benadrukt en ligt minder de focus op het afwezig zijn van ziekte. Gezondheid wordt hiermee in de termen van veerkracht, functioneren en participatie gezien, in plaats van alleen in somatische of psychische zin.
    (2) De GGD is namens de gemeente een belangrijke uitvoeringspartner voor dit lokale gezondheidsbeleid.

    In de komende periode worden deze thema’s nader uitgewerkt waarbij het formuleren van een beperkt aantal indicatoren voor het monitoren van de voortgang een belangrijk aandachtspunt voor het college is.  
    Vanuit de kernopgave ’Zorg voor vitaliteit en gezondheid’ en het coalitieprogramma ‘Verbinden vanuit Vertrouwen en Verantwoordelijkheid’ wordt het uitgangspunt gehanteerd dat primair de inwoners van Venlo hun verantwoordelijkheid nemen voor hun gezondheid en het zo lang mogelijk gezond en zelfstandig blijven leven en wonen. Hierbij kunnen zij aanvullend rekenen op een basis van zorg op maat en voor de meest kwetsbare inwoners zorgt de gemeente voor een ‘vangnet’ (ondersteuning en/of financieel).

    Wij zijn ervan overtuigd dat preventief beleid voor kinderen en jongeren een substantiële bijdrage zal leveren aan het verbeteren van de gezondheid van kinderen en jongeren en dus op termijn van volwassenen. Werken aan vitaliteit moet al beginnen bij jonge kinderen. Wij leggen daarom in de komende periode een sterkere, meer doelgerichte verbinding tussen (preventief) jeugdbeleid en jeugdgezondheidszorg, ook in het onderwijs. Dit doen we onder andere door een integrale aanpak op het gebied van Jongeren op Gezond Gewicht (thema: het bevorderen van een gezonde leefstijl). In deze aanpak is een belangrijke adviesrol weggelegd  voor de GGD Limburg Noord (jeugdgezondheidszorg).
    Het vroegtijdig signaleren van problemen en risicofactoren is een vorm van preventie die van cruciaal belang is zodat opvoed-, opgroei- en gezinsondersteuning effectief kunnen worden ingezet. In de komende periode wordt daarom ingezet op het verbeteren van de risicosignalering door partners en verenigingen, alsmede het bevorderen van het gebruik van de verwijsindex risicojongeren (systeem voor ‘vroegsignalering’). Hiervoor bieden wij partners de noodzakelijke adequate ondersteuning, bijvoorbeeld in de vorm van trainingen en (bij)scholing. De gezinscoaches van de sociale wijkteams (uitvoeringsteams) vervullen hierbij een belangrijke rol. Hiermee willen wij voorkomen dat jongeren op termijn mogelijk ‘instromen’ in dure of duurdere vormen van zorg. Het versterken van de gezondheid van ouders en jongeren zorgt ervoor dat zij ‘veerkrachtig’ zijn en zelf in staat zijn (een gedeelte van) hun ondersteuningsvragen te beantwoorden.   

    Het uitvoeringsprogramma van de Sportvisie Venlo 2013-2018 levert ook een bijdrage aan het versterken van de gezondheid van onze burgers. In de komende periode wordt met name ingezet op de volgende aspecten:

    • Het stimuleren tot de vorming van open sportverenigingen die naast vitaal ook maatschappelijk betrokken zijn;
    • Het stimuleren van groepen mensen (inactieven, met gezondheidsachterstand, met een beperking, met afstand tot de arbeidsmarkt, met een minimuminkomen) om mee te doen aan de samenleving door te sporten en te bewegen al dan niet in verenigingsverband of gekoppeld aan het concept Huis van de Wijk;
    • Het daar waar nodig faciliteren en stimuleren van de inzet van het Jeugdsportfonds Venlo zodat meedoen aan sport voor iedere jeugdige mogelijk wordt;
    • Het faciliteren van voldoende en kwalitatief goed bewegingsonderwijs (primair onderwijs).

    Het bevorderen van het welzijn (welbevinden) van onze inwoners
    Welzijn is de mate waarin het in lichamelijk, geestelijk en sociaal opzicht goed gaat met mensen of gemeenschappen. Welzijn of geluk kunnen wij niet ‘afdwingen’. Wat we wel kunnen, is zorgen voor een aantal randvoorwaarden.
    Het welzijnsbeleid in Venlo richt zich op het bevorderen van het welzijn van alle inwoners van Venlo; de ondersteuning richt zich op individuele inwoners of groepen inwoners.
    Allereerst de ondersteuning van inwoners in specifieke situaties: individuele ondersteuning. Voorheen werd hiervoor de term ‘maatschappelijk werk’ gebruikt. De uitvoering van deze individuele ondersteuning geschiedt door de sociale wijkteams (uitvoeringsteams) die het maatschappelijk werk combineren met de individuele begeleiding die inwoners nodig hebben.

    Daarnaast richt de gemeente zich op ondersteuning van groepen inwoners en gemeenschappen: bewonersondersteuning. Wij zijn ervan overtuigd dat het welzijn van onze inwoners voor een groot deel beïnvloed/ gevormd wordt in en door een gemeenschap of wijk. Daarom  wordt ingezet op het ondersteunen en het faciliteren van de ontwikkeling van vitale gemeenschappen. Gemeenschappen van krachtige sociale verbanden (o.a. het buurt- en bewonersnetwerk) die zelf richting en invulling geven aan hun eigen sociale en fysieke leefomgeving.
    De ondersteuning richt zich op het faciliteren van (groepen) inwoners. Door het bieden van bewonersondersteuning, het faciliteren van plekken om elkaar te ontmoeten, gezamenlijk activiteiten te ontplooien of het faciliteren van het verenigingsleven.

    De gemeente richt zich niet op wat inwoners van Venlo niet kunnen, maar vooral op wat ze wel kunnen. Meedoen in de samenleving is daarbij een belangrijk sleutelwoord. De voorzieningen in Venlo leveren hieraan een belangrijke bijdrage. Zo is het Huis van de Wijk een plek waar inwoners andere inwoners kunnen ontmoeten en kunnen ‘meedoen’.
    Tot slot noemen we een specifieke groep inwoners, namelijk de mantelzorgers. Mantelzorgers zijn van onschatbare waarde voor (inwoners van) Venlo. We richten onze inspanningen ook op het behouden en vergroten van de draagkracht van deze mantelzorgers.

    In de komende periode wordt ingezet op de volgende activiteiten:
    Het faciliteren van het Huis van de Wijk en daarmee de bewoners en verenigingen die hiervan gebruik maken;

    • Het investeren in het versterken van de draagkracht van mantelzorgers en informele zorgverleners. Dit betekent dat we zorgen voor waardering, informatie en advies aan en zo nodig ondersteuning van mantelzorgers of een (potentieel) netwerk rond de mantelzorger. Daarnaast kan gemeenschapsvorming ook een bijdrage leveren aan het ondersteunen van mantelzorgers;
    • Het faciliteren van vrijwilligers, o.a. door het geven van trainingen, het bieden van een verzekering, een fysieke plek (vastgoed) en het ondersteunen bij netwerkvorming;
    • Het starten van een werkplaats opbouwwerk en het opnieuw formuleren van de rol van beroepskrachten (opbouwwerk en ouderenwerk) in relatie tot zelfsturende gemeenschappen en Huizen van de Wijk in Venlo. Ook de relatie met andere functies of rollen is onderdeel van deze werkplaats (wijkteamcoördinator, stadsdeelmanager, buurtcoördinator woningcorporaties). Het doel is uiteindelijk minder (onnodige) drukte van beroepskrachten in de wijk.

    Het samen met burgers bieden en versterken van een structuur van algemene voorzieningen
    De gemeente is verantwoordelijk voor het bieden van passende ondersteuning aan haar burgers zodat deze voldoende zelfredzaam (in dit kader wordt ook wel gesproken over samenredzaam) kunnen zijn en kunnen meedoen. Ook is de gemeente verantwoordelijk voor het bieden van ondersteuning, hulp en zorg bij opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen en de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen en de jeugdreclassering. Voor het bieden van deze ondersteuning is de trap van oplossingen leidend. Dat betekent dat wij eerst uitgaan van de mogelijkheden van de burger, zijn naaste personen en directe omgeving. Indien dit niet toereikend is, zetten wij algemene voorzieningen in. De laatste trede wordt gevormd door maatwerkondersteuning.

    Huizen van de Wijk
    Het concept Huis van de Wijk is gebaseerd op een verregaande vorm van samenwerking tussen bewoners,  gemeente en maatschappelijke partners. Het concept Huis van de Wijk is een ontmoetingsplaats waar bewoners zich thuis voelen, waar ze andere wijkbewoners kunnen ontmoeten. Ook heeft het concept Huis van de Wijk een rol in het bij elkaar brengen van eventuele (ondersteunings)vragen en oplossingen voor deze vragen. Het concept Huis van de Wijk is een plaats waar actief burgerschap wordt gestimuleerd. Dit krijgt o.a. vorm doordat vrijwilligers een rol spelen bij het organiseren en verzorgen van dagbesteding voor burgers die hieraan behoefte hebben. Binnen het concept Huis van de Wijk wordt in principe een viertal functies aangeboden: informatie & advies, ontmoeten, ontplooien en open inloop (dagbesteding). De concrete invulling van deze functie ligt bij de verschillende wijken. In het vervolg wordt niet meer gesproken over concept maar Huis van de Wijk.
    In 2015 wordt het concept Huis van de Wijk geëvalueerd en op basis van deze evaluatie wordt het concept verder verfijnd of aangepast.

    Informatie & Advies (I&A) binnen de Huizen van de Wijk betreft een laagdrempelig en onafhankelijk loket (fysiek, digitaal en telefonisch) voor informatie en advies op het gebied van wonen, werken, inkomen, opvoeding, veiligheid, ondersteuning en zorg en welzijn. Maar I&A kan veel meer zijn: I&A kan een belangrijke spilfunctie in de Huizen van de Wijk vervullen. Het is een aanspreekpunt voor alle inwoners uit de wijk die informatie en/of advies nodig hebben, in het bijzonder voor inwoners die er niet in slagen om deze informatie zelfstandig of met hulp vanuit hun eigen netwerk te verkrijgen. I&A draait op vrijwilligers en conform het gedachtegoed achter ‘loslaten in vertrouwen’ streven we er naar om het eigenaarschap van I&A bij  (vrijwilligers in) de wijk te beleggen. Dit betekent dat we de verantwoordelijkheid bij vrijwilligers laten en hen faciliteren indien dit nodig is (verbinden vanuit vertrouwen en verantwoordelijkheid). Aangezien I&A ook een ingang kan zijn voor de sociale wijkteams, is er voor de vrijwilligers een professionele begeleider beschikbaar. Deze begeleider ondersteunt de vrijwilligers bij ondersteuningsvragen van inwoners uit de wijk. Zowel de vrijwilliger als de begeleider kunnen een ondersteuningsvraag doorgeleiden naar de zogenoemde MID-office die na een eerste screening de vraag kan doorzetten naar een sociaal wijkteam (zie hierna).  

    In het verleden was het bieden van lichte opgroei- en pedagogische ondersteuning één van de kernfuncties van het Centrum voor Jeugd en Gezin. Deze functie zou worden ondergebracht in het Huis van de Wijk. Dit heeft tot op heden nog niet die aandacht gekregen die noodzakelijk is om deze functie volwaardig in te vullen. In 2016 gaan we investeren in het bieden van deze lichte vorm van ondersteuning.  

    Algemene voorzieningen omvatten diensten of activiteiten die zonder voorafgaand onderzoek naar de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van de gebruikers,  algemeen toegankelijk zijn en gericht zijn op maatschappelijke ondersteuning. Algemene voorzieningen kunnen ‘ontstaan’ (worden opgezet) naar aanleiding van een behoefte in de wijk: vanuit een commercieel initiatief of vanuit bewonersnetwerken. Is er voor een behoefte nog geen algemene voorziening, dan kan deze gezamenlijk met een bewonersnetwerk worden opgezet. De gemeente kan hierin op verzoek van de wijk een faciliterende rol spelen maar blijft in principe op de achtergrond (3). Daar waar wij als gemeente van mening zijn dat een algemene voorziening uitsluitend kan worden opgezet door of met onze inzet, zullen wij een meer dan faciliterende rol vervullen.
    Voorbeelden van algemene voorzieningen zijn: de buurtbus, de was- en strijkservice of de klussendienst. Ook hulpmiddelen kunnen in de vorm van een algemene voorziening worden aangeboden, bijvoorbeeld een pool van scootmobielen of rolstoelen voor incidenteel gebruik voor mensen die slecht ter been zijn.

    (3) Burger is eigenaar in het model van samensturing.

    Open inloop: een belangrijke algemene voorziening is de zogenoemde open inloop (voorheen ‘dagbesteding’) die wordt georganiseerd in de Huizen van de Wijk. De vraag en behoefte van wijkbewoners zijn leidend voor de activiteiten die in de open inloop worden aangeboden. Daarbij wordt de verbinding gelegd met activiteiten in de wijk, ook met commerciële activiteiten die opbrengsten kunnen genereren (arbeidsmatige dagbesteding). Voor het organiseren van de open inloop wordt zo veel als mogelijk gebruik gemaakt van de inzet van vrijwilligers met een zo licht mogelijke ondersteuning van professionals. De nieuwe rol van professionals is gericht op begeleiding van de vrijwilligers en samenwerking met het bestaande wijknetwerk en de mantelzorgers. Voor de ondersteuning van bewonersnetwerken en initiatieven in de wijk bieden wij bewonersondersteuning (zie ook onder Het bevorderen van het welzijn van onze inwoners).
    Opmerking: mensen voor wie vanwege de aard van hun problematiek algemene voorzieningen geen passende oplossing bieden, krijgen via hun leefzorgplan een beschikking voor een maatwerkvoorziening.

    Specifiek voor onze jeugdigen en hun ouders/verzorgers/opvoeders zijn er ook algemene voorzieningen beschikbaar, bijvoorbeeld: jeugdgezondheidszorg, opvoedondersteuning (Support), peuterspeelzaalwerk en de kindertelefoon. Belangrijke algemene voorzieningen die op regionaal niveau zijn ingericht, zijn Veilig Thuis (het Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling) en de crisisdienst.

    Sociale wijkteams: een bijzondere algemene voorziening wordt gevormd door de sociale wijkteams. Leden van de sociale wijkteams voeren de zogenoemde keukentafelgesprekken (4). In een keukentafelgesprek wordt de ondersteuningsvraag, en hoe daarmee om te gaan, door een lid van het sociaal wijkteam samen met de burger verhelderd en in kaart gebracht. Uitgangspunt hierbij is 1Gezin1Plan1Regisseur. In het gesprek wordt gekeken wat iemand zelf of met ondersteuning van mensen uit zijn eigen netwerk kan oplossen. Vervolgens wordt gezamenlijk bepaald welke ondersteuning nodig en passend is, waarbij de trap van oplossingen leidend is. Deze informatie wordt vastgelegd in een leefzorgplan. Wanneer blijkt dat er voor het opstellen van een leefzorgplan specialistische deskundigheid nodig is, wordt deze ingeschakeld.

    (4) Sociale wijkteams vormen voor onze gemeente de centrale toegang voor alle ondersteuningsvragen op het gebied van wonen, werken, veiligheid, welzijn en zorg. Sociale wijkteams werken vanuit een Huis van de Wijk.

    In deze paragraaf wordt aandacht besteed aan verschillende algemene voorzieningen die gebruik moeten maken van een fysieke locatie. In 2015 wordt in het kader van een bestuursopdracht het maatschappelijk vastgoed geëvalueerd. Hierbij ligt de nadruk op het eigenaarschap van het maatschappelijk vastgoed. Vanuit maatschappelijk perspectief zal aandacht worden besteed aan de exploitatiemogelijkheden van dit vastgoed. Begin 2016 wordt over dit onderwerp door het college een standpunt ingenomen.    

    Als iemand geen vaste woon- of verblijfplaats heeft, als er sprake is van geweldssituaties of als er heel specifieke deskundigheid nodig is die lokaal niet voorhanden is, vindt de vraagverheldering op regionaal niveau plaats. Hiervoor is een netwerk met specialistische deskundigheid beschikbaar. Echter, zodra de situatie dit mogelijk maakt, wordt de verantwoordelijkheid terug gelegd bij de lokale wijkteams.  
    Op dit moment vinden voor de gehele gemeente de keukentafelgesprekken plaats door twaalf sociale wijkteams. Deze wijkteams hebben in de afgelopen periode de nodige ervaring opgedaan. Op basis van de ervaringen in de praktijk worden (zo nodig) verfijningen en verbeteringen in de werkwijze doorgevoerd. In de komende tijd zetten we in op de verdere ‘inbedding’ van de wijkverpleegkundige in het sociale wijkteam en de verdere samenwerking met huisartsen, onder andere door de inzet van praktijkondersteuners.

    Voor het versterken van de structuur van algemene ondersteuning wordt in de komende periode verder ingezet op het samen met de bewonersnetwerken wijkgericht bezien aan welke algemene voorzieningen behoefte is en het daar waar nodig stimuleren en faciliteren van initiatieven.

    Het bieden van maatwerkondersteuning
    De basis voor iedere maatwerkondersteuning vormt het integrale leefzorgplan met als uitgangspunt 1Gezin1Plan1Regisseur.
    Een maatwerkvoorziening (5) kan worden aangeboden in groepsverband, bijvoorbeeld gespecialiseerde dagbesteding of assertiviteitstrainingen voor mensen die slachtoffer zijn van pestgedrag. Een activiteit in groepsverband is echter niet in alle gevallen geschikt en er zijn maatwerkvoorzieningen die uitsluitend individueel kunnen worden aangeboden. Bijvoorbeeld huishoudelijke hulp, begeleiding in de thuissituatie of hulpmiddelen die op maat worden gemaakt of aangepast aan de persoon die ze gebruikt.

    (5) Een maatwerkvoorziening is een product dat,  of dienst die wordt verstrekt in het kader van passende ondersteuning zoals is vastgelegd in het leefzorgplan.

    Een bijzondere vorm van een maatwerkoplossing is het persoonsgebonden budget. Hiermee krijgt de burger de mogelijkheid zelf, binnen een vastgesteld budget, de ondersteuning in te vullen.

    Voor jeugdigen geldt dat wij door de samenwerking met de jeugdgezondheidszorg en het onderwijs en het hebben van goede basis- en algemene voorzieningen willen voorkomen dat ouders en hun kinderen gebruik moeten maken van specialistische zorg. Ouders blijven in principe altijd eigenaar van, en daarmee verantwoordelijk voor, hun hulpvraag en die van hun kinderen.
    De gemeente neemt die verantwoordelijkheid niet over (6) maar biedt passende ondersteuning wanneer dat noodzakelijk is in de vorm van specialistische zorg en ondersteuning (7). Hierbij zetten wij in 2016 in op het ‘sluiten’ van ketens van bijvoorbeeld onderwijs, zorg en veiligheid (integrale aanpak). Hierdoor kan er tijdig die ondersteuning worden geboden die nodig is en kunnen achterstand, uitval en overlastproblemen van jongeren worden voorkomen.

    (6) Soms is dit wel noodzakelijk, bijvoorbeeld bij maatregelen in het zogenoemde gedwongen kader (jeugdbescherming en jeugdreclassering). Hiervoor is een   uitspraak van de kinderrechter noodzakelijk. De directe verantwoordelijkheid komt dan bij de voogdijinstelling te liggen. De ‘systeemverantwoordelijkheid’ blijft echter bij de gemeente.
    (7) Dit geldt trouwens niet alleen voor ouders van jeugdigen maar voor al onze inwoners.

    Het jaar 2015 staat in het teken van de transitie en het borgen van de continuïteit van zorg. Ook zijn de eerste stappen gezet om de beoogde transformatie vorm te geven. In de komende periode wordt ingezet om samen met aanbieders het aanbod van de bestaande maatwerkvoorzieningen transparanter en overzichtelijker te maken. Dit gebeurt onder andere door de basisondersteuning (huishoudelijke hulp, individuele ondersteuning, gezinscoaches en wijkverpleging onder verantwoordelijkheid van de zorgverzekeraar) zo veel mogelijk vorm te geven in zogenoemde uitvoeringsteams in de wijken.
    De ondersteuning door gezinscoaches is in de hele gemeente beschikbaar. Bij de doorontwikkeling van deze vorm van ondersteuning is het belangrijk dat zij ‘laagdrempelig’ toegankelijk en makkelijk bereikbaar moeten zijn voor de partners, bijvoorbeeld het onderwijs, de kinderopvang en de huisartsen. Dit vraagt van de gezinscoaches ook dat zij verschillende rollen moeten kunnen vervullen daar zij zowel lid kunnen zijn van een sociaal wijkteam (kernteam) als van een uitvoeringsteam van gezinscoaches. Ook hieraan wordt aandacht besteed bij de herijking en doorontwikkeling.
    Het uiteindelijke doel is om te komen tot multidisciplinaire teams waarin professionals met verschillende achtergronden en van verschillende aanbieders nauw met elkaar samenwerken om inwoners van ‘hun’ wijk te ondersteunen. Deze doorontwikkeling dient in 2016 verder vorm te krijgen.

    Naast deze basisondersteuning blijft er behoefte bestaan aan vormen van gespecialiseerde ondersteuning. In de komende periode worden op de ontwikkeltafels (gemeenten en zorgaanbieders) afspraken gemaakt om het aanbod van gespecialiseerde ondersteuning toegankelijker en transparanter te maken, waarbij nadrukkelijk ook wordt ingezet op nieuwe, innovatieve vormen van ondersteuning.

    Ook wordt op zoek gegaan naar mogelijkheden om vormen van professionele maatwerkondersteuning te vervangen door algemene vormen van ondersteuning (trap van oplossingen). Deze zouden dan zo veel mogelijk door vrijwilligers worden uitgevoerd, waarbij deze vrijwilligers terug kunnen vallen op professionele ondersteuning of begeleiding indien dit noodzakelijk is.
    Kortom, de eerste stappen op de weg van transformatie worden gezet. Voorwaarde hiervoor is dat er nieuwe vormen van algemene ondersteuning worden ontwikkeld (innovatie). Een voorbeeld hiervan is het onderzoeken van de mogelijkheden om (in regionaal verband) huishoudelijke hulp om te vormen naar een algemene voorziening.

    In 2015 wordt het beleidsplan ‘Een bijzondere tijd’ beperkt geëvalueerd en zo nodig aangepast. Beperkt, omdat reeds voor de zomer 2015 gestart wordt met de evaluatie en nog onvoldoende ervaring beschikbaar is voor een volledige evaluatie. Bij deze herijking zal onder andere worden ingegaan op de financiële situatie van inwoners die langdurig ondersteuning nodig hebben en langs meerdere wegen met extra kosten worden geconfronteerd waardoor zij in financiële problemen kunnen komen. Op het gebied van jeugdzorg wordt bij de herijking nadrukkelijk aandacht besteed aan het belang van preventie en de mogelijkheden van inspraak en medezeggenschap van jongeren.

    Voor de periode vanaf 2016 wordt voor de verdeling van de landelijke middelen voor de Wmo een nieuwe objectief verdeelmodel gehanteerd (8). Een separaat onderdeel van dit verdeelmodel  is het nieuwe verdeelmodel voor het onderwerp ‘beschermd wonen’ waarvoor Venlo als centrumgemeente optreedt. Ook voor de middelen voor de jeugdzorg wordt voor de periode vanaf 2016 een nieuw objectief verdeelmodel gehanteerd. Op basis van huidige inzichten zal hiervoor wel sprake zijn van een ingroeipad.  

    (8) Op basis van huidige inzichten zullen de middelen voor de uitvoering van de Wmo en de Jeugdwet vanaf 2018 onderdeel van de algemene uitkering zijn.  

    In 2015 is een model ontwikkeld voor het monitoren van het integrale proces vanaf het moment van het signaal van een mogelijke ondersteuningsvraag tot en met het periodiek evalueren of de geboden ondersteuning de burger in staat stelt (naar vermogen) zelfredzaam te zijn en mee te doen. Vanuit dit model zal voor verschillende  doeleinden en op verschillende niveaus informatie kunnen worden gegenereerd: stuurinformatie voor de operationele uitvoering, beleidsinformatie en (horizontale) verantwoordingsinformatie. Dit model zal verder worden verfijnd waarbij wij tijdens de doorontwikkeling de opgedane kennis en ervaringen delen met onze partners in de regio (gemeenten, aanbieders, cVGZ).

    Venlo als centrumgemeente
    Naast de verantwoordelijkheid voor haar eigen inwoners is Venlo als centrumgemeente ook verantwoordelijk voor het organiseren van bepaalde vormen van ondersteuning voor inwoners van de gemeenten in Noord- en Midden-Limburg (met uitzondering van Mook en Middelaar). Een algemene voorziening die op regionaal niveau wordt ingericht, is bijvoorbeeld de inloopfunctie voor bijzondere (groepen) burgers die zich moeilijk (laten) mengen met andere burgers: de inloopfunctie Geestelijke Gezondheidszorg.  
    De gemeente Venlo is als centrumgemeente  ook verantwoordelijk voor de  maatwerkvoorziening ‘beschermd wonen’ (9) . Sinds 1 januari 2015 bieden wij deze maatwerkvoorziening aan burgers in de regio Noord- en Midden-Limburg (m.u.v. Mook en Middelaar en Gennep) die hun problemen niet kunnen oplossen met een voorliggende voorziening.

    (9) Beschermd wonen: wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorende toezicht en begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of anderen, bestemd voor personen met psychische of psychosociale problemen, die niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving.

    In de komende periode gaan wij samen met een vertegenwoordiging van de regiogemeenten en aanbieders op zoek naar manieren om deze maatwerkvoorzieningen beter te laten aansluiten bij de behoeften van burgers die van deze voorziening gebruik maken. Daarbij zetten wij vooral in op het tijdelijk gebruik van deze voorziening en een soepele overgang naar lichtere vormen van ondersteuning.  

    Het Zorg- en Veiligheidshuis Limburg Noord (10) wordt in de komende periode doorontwikkeld tot een regionale functie die adequaat is toegerust om burgers die (tijdelijk) op de reguliere wijze via een sociaal (wijk)team geen passende zorg en ondersteuning kunnen ontvangen, tijdig worden opgevangen en ondersteund en adequaat worden begeleid naar een meer structurele oplossing.

    (10) In het Zorg- en Veiligheidshuis wordt specialistische expertise op het gebied van zorg, veiligheid (huiselijk geweld) en justitie gebundeld. Van belang hierbij is dat er een directe verbinding is met de lokale infrastructuur van sociale wijkteams zodat er tijdig kan worden ‘opgeschaald’ en zodra dat mogelijk is weer kan worden ‘afgeschaald’.

    Voor de voorziening ‘maatschappelijke opvang en vrouwenopvang’ wordt in 2016  ingezet op het verschuiven van het accent van het bieden van onderdak naar het bieden van (ambulante) begeleiding. Uiteindelijk is het streven om op deze manier de doorstroming van burgers binnen de maatschappelijke opvang naar een zo zelfstandig mogelijk bestaan te bevorderen en hun kwaliteit van leven te verbeteren. Ook hier is het uitgangspunt om zo snel als mogelijk te komen tot een integraal leefzorgplan met één regisseur en een warme overdracht naar de lokale infrastructuur.  
    In de komende periode ligt er een grote opgave op het gebied van de positionering van de maatschappelijke opvang. In 2016 zal duidelijk moeten worden in welke vorm en op welke plek de opvangvoorziening in Venlo wordt voorgezet.

    In 2015 zijn de ontwikkeltafels ingericht en van start gegaan. Hierbij hebben wij ons in eerste instantie gericht op het doorontwikkelen van de arrangementen op het gebied van prijs-prestatie en kwaliteit en monitoring. In 2016 worden de eerste resultaten van deze ontwikkeltafels verwacht in de vorm van nieuwe innovatieve arrangementen waarvoor met aanbieders (raam)contracten zijn afgesloten.

    Indicatoren

    Indicator JR 2014 2016 2017 2018 2019
    Zelfredzaamheid van de inwoners (schaalscore) 0 0 0 0 0
    Over 2014 zijn geen gegevens beschikbaar omdat er geen stadspeiling is uitgevoerd.
    Aandeel inwoners dat mantelzorg of buren-, bejaarden-, of gehandicaptenhulp verleent 0 0 0 0 0
    Over 2014 zijn geen gegevens beschikbaar omdat er geen stadspeiling is uitgevoerd.

    Wat mag het kosten?

    Middelen programmma L/B 2015 2016 2017 2018 2019
    Zorg en Welzijn Baten 3.783 3.927 4.077 4.009 4.009
    Zorg en Welzijn Lasten 130.576 120.530 117.862 118.496 119.072
    Saldo exploitatie -126.793 -116.603 -113.784 -114.487 -115.063
    Onttrekkingen aan reserves Baten 711 111 99 87 87
    Toevoegingen aan reserves Lasten 0 0 0 0 0
    Saldo na verekening reserves -126.082 -116.491 -113.685 -114.400 -114.976

    Relevante beleidskaders

    Dit programma heeft een relatie met onder andere de volgende documenten:

    • Strategische visie ‘Regio in Balans’;
    • Strategische visie Venlo 2030;
    • Raadsnotitie ‘Burgers aan Zet’;
    • Sociale structuurvisie Venlo 2022 ‘Ik ken jouw naam, jij de mijne. Samen zijn wij Venlo’;
    • Beleidsplan Decentralisaties Sociaal Domein gemeente Venlo ‘Een bijzondere tijd’;
    • Nota Lokaal Gezondheidsbeleid gemeente Venlo ‘Goede gezondheid, gedeelde zorg’;
    • (Uitvoeringsprogramma) Sportvisie Venlo 2013-2018 ‘Samen sporten, samen leven’;  
    • Cultuurnota ‘Focus, samenhang en samenwerking. Herijking cultuurbeleid gemeente Venlo 2015’;
    • Doorontwikkeling Regionaal Kompas Noord- en Midden-Limburg 2014-2018;
    • STRAK II;
    • Coalitieprogramma ‘Verbinden vanuit Vertrouwen en Verantwoordelijkheid’.

    Relaties met andere programma's

    Het programma Zorg en Welzijn heeft relaties met een aantal andere programma’s:

    • Programma 3 Participatie en Werkgelegenheid: het bieden van passende ondersteuning is erop gericht om burgers te laten participeren;
    • Programma 5 ‘Onderwijs en Jeugd’: het faciliteren van voldoende en kwalitatief goed bewegingsonderwijs levert een bijdrage aan het versterken van de gezondheid van onze inwoners;
    • Programma 7 Sport- en Cultuurbevordering: levert een bijdrage aan het versterken van de gezondheid van onze inwoners, alsmede het welzijn van onze inwoners;
    • Programma 10 Wonen en Leefomgeving: een passend woningaanbod is randvoorwaardelijk om onze inwoners langer zelfstandig te kunnen laten wonen.

    Verder is dit programma belangrijk in verband met de voortgaande scheiding tussen wonen en zorg.