Wijze waarop de gemeente Venlo het grondbeleid uitvoert

     Algemeen

    Het grondbeleid van het Grondbedrijf is vooral operationeel en doelgericht van aard waarmee bijgedragen wordt aan de totstandkoming van de doelstellingen opgenomen in  de Ruimtelijke Structuurvisie, de 12 raadsprogramma’s en het coalitieprogramma Venlo 2014-2018 ‘Verbinden vanuit vertrouwen en verantwoordelijkheid’. Het gaat hierbij om de wijze waarop de producten van het Grondbedrijf, de grondexploitaties, tot stand komen, welke beleidsuitgangspunten en beleidsinstrumenten het Grondbedrijf daarbij hanteert en hoe wordt afgestemd met interne en externe relaties.

    Het grondbeleid wordt uitgevoerd door de afdeling Ruimte en Economie (Grondbedrijf en team Projectmanagement) van de gemeente Venlo. Dit gebeurt via de methodes van projectmatig werken en procesmanagement.

    Het grondbeleid moet optimaal bijdragen aan het realiseren van de maatschappelijke doelen van de gemeente Venlo. Daarom worden alle ruimtelijk fysieke initiatieven, die vanuit de beleidsafdelingen van de gemeente worden aangedragen, zorgvuldig beoordeeld in het Wegingsoverleg. Na een positief advies uit de weging legt de beleidsafdeling het initiatief ter besluitvorming voor aan het College of de Raad. Na instemming en het beschikbaar stellen van een krediet worden deze grondexploitaties/projecten via de methode van projectmatig werken verder ontwikkeld en gerealiseerd door het Grondbedrijf als ambtelijk opdrachtnemer.

    Het Grondbedrijf monitort de voortgang van de onderhanden zijnde grondexploitaties. Dit gebeurt via periodieke rapportages, die inzicht geven in de stand van zaken van exploitaties en die het management in staat stelt om bij te sturen. De Raad wordt halfjaarlijks geïnformeerd over de voortgang van de (majeure) projecten. In deel B van de nota Grondbedrijf “de risiconota” wordt jaarlijks een beeld gegeven van de stand van zaken van de onderhanden exploitaties en wordt een uitspraak gedaan over de risico`s van de exploitaties in relatie tot het weerstandsvermogen van het Grondbedrijf.

    Uitgangspunten grondexploitatie

    • Een exploitatieplan voor een grondexploitatie, dat ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de Raad, is altijd sluitend. De opbrengsten moeten altijd groter of gelijk zijn aan de kosten.
    • Conform het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) wordt een voorziening getroffen voor een verwacht tekort van een lopende grondexploitatie.
    • Van een grondexploitatie wordt winst genomen voor zover de boekwaarde van een grondexploitatie negatief is (de opbrengsten overstijgen de kosten) en de nog te maken kosten de negatieve boekwaarde niet overstijgen.
    • Aan tussentijdse winstneming zijn de volgende voorwaarden verbonden:
      • De betreffende grondexploitatie moet voor 75% zijn gerealiseerd.
      • Er is sprake is van een negatieve boekwaarde.
      • Alle risico’s zijn bekend en beheersbaar.
    • Een winst of verlies op een grondexploitatie wordt toegevoegd of onttrokken aan de Algemene Grondreserve van het Grondbedrijf.
    • Een grondexploitatie wordt afgesloten wanneer nagenoeg alle werkzaamheden zijn verricht en alle verkopen zijn gerealiseerd.

    Aanscherping voorschriften
    De landelijke commissie BBV heeft recent als standpunt ingenomen dat grondexploitaties in beginsel geen langere voortschrijdende termijn dan 10 jaar mogen hebben. Een toenemende looptijd van grondexploitaties betekent een toenemende onzekerheid ten aanzien van de haalbaarheid van begrote opbrengsten en een toenemend risico op kostenoverschrijdingen. Van deze termijn kan door de Raad gemotiveerd worden afgeweken mits de gemeente risicobeperkende beheersmaatregelen heeft genomen om de onzekerheden en risico`s, die gepaard gaan met de langere looptijd, te mitigeren.

    Vennootschapsbelasting
    Het Rijk heeft op instigatie van Brussel aangekondigd dat per 1 januari 2016 de Vennootschapsbelasting ook van toepassing wordt op winstneming van gemeentelijke grondexploitaties. Grondexploitaties worden dan ondergebracht in de ondernemingssfeer. Bij het opstellen van deze nota was het nog niet duidelijk of dit van toepassing is op het totale resultaat van alle (winstgevende en verlieslijdende) grondexploitaties van een gemeente of enkel van toepassing is op de  winstgevende grondexploitaties dan wel nog een andere berekeningswijze van toepassing is. Voor bedrijven (NV, BV etc.) bedraagt in 2015 het tarief voor de heffing van vennootschapsbelasting 20% voor het belastbare bedrag tot en met €200.000 en daarboven 25%. Er zijn geen signalen dat dit tarief voor 2016 wordt gewijzigd.