De beleidsuitgangspunten omtrent de reserves in relatie tot de risico's van grondzaken

    Jaarlijks wordt in de Nota Grondbedrijf het weerstandsvermogen van het
    Grondbedrijf bepaald. Hierbij worden de actuele Algemene Grondreserve, de vermogenspositie (toekomstperspectief na afsluiting van alle complexen) en de herwaarderingen, tezamen de beschikbare weerstandscapaciteit, afgezet tegen het benodigde weerstandscapaciteit op basis van het risicoprofiel van alle grondexploitaties binnen het Grondbedrijf.

    De Nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen definieert de relatie tussen de benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit. Om te bepalen of de beschikbare weerstandscapaciteit toereikend is om de risico’s af te dekken, wordt de volgende formule gebruikt:

    Beschikbare weerstandscapaciteit

    Benodigde weerstandscapaciteit op basis van risicoprofiel

    Een ratio lager dan 1,0 duidt op een ontoereikende weerstandscapaciteit, een ratio boven 1,0 geeft aan dat alle geïdentificeerde risico’s kunnen worden afgedekt. De gemeente Venlo hanteert een normratio van 1,0.

    Ongeacht de uitkomst moet (conform BBV) de daadwerkelijke Bedrijfsreserve het door
    de Raad vastgestelde minimum niveau hebben. De Bedrijfsreserve wordt jaarlijks inflatoir bijgesteld. De door de raad vastgestelde minimaal vereiste  omvang van de direct beschikbare weerstandcapaciteit wordt voor 2016 conform bestendige gedragslijn aangepast met inflatiecorrectie en berekend op € 6,5 miljoen.

    De theoretisch beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de som van de hieronder genoemde onderdelen. Per onderdeel is de huidige stand tussen haakjes genoemd. De som bedraagt € 15,8 miljoen per 31 december 2015.

    • (+) Het saldo van de prognose van toekomstige resultaten van exploitaties met een positief saldo (€ 7,7 miljoen).
    • (+) De Algemene Grondreserve per 31 december 2015 (€ 5,9 miljoen)
    • (+) De herwaardering van te verkopen gronden (€ 2,2 miljoen)

    De benodigde weerstandscapaciteit is gebaseerd op het risicoprofiel van alle exploitaties. Het vermenigvuldigen van de financiële impact van een risico – rekening houdend met de mogelijke beheersmaatregelen - met de kans van optreden, resulteert in de benodigde weerstandscapaciteit op basis van het risicoprofiel. Medio 2015 bedraagt de benodigde weerstandscapaciteit € 37,6 miljoen, waarvan € 1,9 miljoen voor exploitaties met een positief resultaat. Ongewogen belopen de risico’s € 92,2 miljoen.

    De ratio moet minimaal 1,0 zijn. Gezien de economische situatie, en daarmee het risico dat toekomstige resultaten niet gehaald worden, is het reëel om de ratio weerstandscapaciteit uitsluitend te bepalen op basis van de direct beschikbare middelen dus alleen de Algemene Grondreserve en zonder de geprognosticeerde in de toekomst nog te realiseren positieve resultaten en de daarbij behorende risico’s.
    Hieruit resulteert per 31 december 2015 een ratio weerstandscapaciteit van 0,17 (5,9 / 35,7) oftewel in geld uitgedrukt een tekort aan weerstandscapaciteit van € 29,8  miljoen (€ 5,9 -/- € 35,7 miljoen).
    Teneinde een voortdurend overboeken van middelen van de algemene dienst (Algemene Reserve) naar het Grondbedrijf (Algemene Grondreserve) te voorkomen wordt de weerstandsratio van het Grondbedrijf in de begroting integraal met de weerstandsratio van de algemene dienst per 31 december 2016 gepresenteerd. In deze integrale ratio is het voornoemde tekort binnen het Grondbedrijf verdisconteerd.

    Los van voornoemde tekorten om de weerstandsratio op 1,0 te brengen behoeft het niveau van de Algemene Grondreserve specifieke aandacht. Het geprognosticeerde niveau per 31 december 2015 bedraagt € 5,9, hetgeen € 0,6 miljoen lager is als het minimaal vereiste niveau ad € 6,5. Formeel dient de Algemene Grondreserve met dit bedrag aangevuld te worden.
    Met de provincie vindt overleg plaats over de ambities die de gemeente Venlo heeft binnen de Greenportcampus en de ontwikkeling van centrumstad Venlo en de bijdrage van de provincie hierin. De uitkomsten van deze gesprekken hebben een grote invloed op de grondexploitaties Kazernekwartier en Q4 . De kans is reel aanwezig dat de uitkomsten van deze gesprekken daarmee  invloed hebben op het weerstandsvermogen van het Grondbedrijf. Daarom wordt vooruitlopend op een integrale benadering op dit moment geen aanvulling van de Algemene Grondreserve voorgesteld.